gebreide (goud)vissen

Een beetje maf maaksel, al heb ik er veel plezier aan gehad, zijn de gebreide goudvissen. Ze hangen nu in mobiele-vorm in de huiskamer. Gewoon vrolijk.

De beschrijving lijkt denk ik ingewikkelder dan het is (hoop ik). Lees verder voor het patroon …

Om ze te maken heb je nodig;

wol (oranje voor goudvissen) en breipennen, schaar, dikke naald, haaknaald, vulmateriaal en witte en zwarte wol voor de oogjes.

Uitleg breibeschrijving;

Iedere nieuwe regel van het patroon is een nieuwe (te breien) pen.

Een getal op een regel staat voor het aantal te breien steken.

Van iedere nieuwe pen is de eerste steek niet gebreid, maar zonder te breien op de nieuwe naald overgenomen (dit is om een mooie rand te krijgen).

S betekent; brei 2 steken samen.

V betekent; brei 2 steken op de plek van 1 steek.

Het patroon;

Begin bij de staart. Zet 9 steken op.

9

4 – 1 steek in de steek een toer lager – 4

4 – 1 steek in de steek een toer lager – 4

4 – 1 steek in de steek een toer lager – 4

S – 5 – S

3 – 1  steek in de steek een toer lager- 3

3 – 1  steek in de steek een toer lager- 3

S – 3 – S

5

5

S – 1 – S

3

3     (brei vanaf hier voor deel twee van de vis)
V – 1 – V

5

5

5

V – 3 – V

7

7

7

V – 5 – V

9

9

9

V – 7 – V

brei nog 7 pennen met 11 steken

S – 7 – S

9

9

S – 5 – S

7

7

S – 3 – S

5

S – 1 – S

3

brei de laatste 3 steken samen en haal de draad door de lus.

– Draai het lapje om (averechts ligt nu voor) en neem met de breinaald 3 steken op in het midden van het smalste gedeelte.

– Brei verder hetzelfde patroon vanaf pen 13 (staat aangegeven op het patroon). Zorg ervoor dat de recht gebreide kanten aan de buitenkant zitten en de met averechts gebreide kanten in het midden.

– Vul het lijfje met het vulmateriaal terwijl je het dichtnaait.

– Verstevig de rand van de staart aan alle kanten door er een randje omheen te haken (vasten) (zie A).

– Neem voor de rugvin 12 steken op vanaf de bovenkant van het lijfje. Vanaf de staart tot iets voorbij het midden. Brei 1 pen van 12 steken, brei de volgende pen: S – 8 – S , en brei de laatste pen S – 6 – S terwijl je afkant.

– Haal de draad een paar maal van onder naar boven door de rugvin om deze extra stevigheid te geven (zie B).

– Borduur met kettingsteken een lijntje om het kopje aan te geven. Herhaal dit aan de andere kant (zie C).

– Neem vlak achter dit lijntje, halverwege boven en onderkant 3 steken op. Brei in 3 pennen hier een vin van en kant af. Herhaal dit aan de andere kant (zie D)

– Neem onderaan/achteraan (op het lijfje, vlak voor de staart) 3 steken op. Brei 2 pennen. Brei de 3 steken samen en haal de draad door de lus. Herhaal dit aan de andere kant (zie E).

– Borduur een knoopje van zwart garen voor het oogje. Herhaal dit aan de andere kant.

– Borduur in wit garen met kettingsteken een randje om het zwarte knoopje. Borduur nog een piepklein wit steekje op het zwarte knoopje om het ‘glimlichtje’ weer te geven. Herhaal dit aan de andere kant.

– Hecht de draadjes naar binnen toe af (makkelijker is om dit na ieder onderdeel te doen 🙂 ).

En de vis is klaar 🙂 .

Veel plezier,

Hanneke