Toen Mirthe de drake-eieren in het verlaten nest vond, kon ze deze niet laten liggen. Jonge draakjes opvoeden is niet eenvoudig, maar Mirthe wist ook dat als je goed voor ze zorgt, draken de liefste wezens kunnen worden die je je maar kunt voorstellen. Wat ook gebeurde. En deze werden amper groter dan zijzelf. Wel vol zo, in huis.
Eén eigenschap delen echter alle draken. Ze zijn verzot op alles wat glimt. Zelfs wanneer ze heel klein zijn, kunnen ze zich lang achter elkaar vermaken met kijken naar de fonkelingen op het water. Muisstil zitten ze dan te genieten. Met hun ogen iedere glinstering vangend.
Zodra hun vleugels sterk genoeg waren om te vliegen, iets wat ze vanzelf leken te leren, vlogen de draakjes graag de omgeving in. Het duurde niet lang voor de eerste van hen terugkwam met tastbare flonkeringen. Kleine glinsterende stukjes glas, mooie steentjes en kralen. Maar ook rijpe bessen en bloemen waar de dauw nog op lag of een blad met een regendruppel. Lang niet alle draken hebben behoefte aan schatten die voor de meesten van ons kostbaar zijn. Vol trots werd ieder nieuw kleinood naar Mirthe’s huis gebracht. En rusten konden ze dan niet eerder totdat het voorwerp uitgebreid werd bewonderd.
Mirthe en de draakjes besloten sommigen van de glinsterende objecten om het huis een plaatsje te geven. Zo konden ze er zelfs in het maanlicht van genieten. Onderwijl de verhalen vertellend over de herkomst van hun schatten.
Mirthe’s vrienden uit het bos komen graag langs in het grote glinsterende drakenhuis. Voor gezelligheid, om samen lekker te eten en ook zeker om ’s avonds naar deze verhalen te luisteren.
Het klavertje wat een van hen vond juist tijdens zonsopgang was een van de speciale schatten. Het zonlicht wat zich op de randen van de blaadjes nestelde, liet er een gouden randje achter.
Vallende sterren zien is een, maar ze daarna daadwerkelijk terugvinden in het hoge gras is helemaal een kunst. Een die zelfs lastig is voor draken.
De koperen bel had zich in de schat van een trol bevonden. Natuurlijk waren de draakjes daar alleen terechtgekomen door toedoen van een onverwachte storm. Eenmaal bij de trol had deze hen hulp gevraagd bij het vinden van het voorwerp wat hem angst inboezemde. Draken worden door sommigen nu eenmaal makkelijk in vertrouwen genomen. De draakjes zelf vonden het belletje totaal niet eng, dus hadden ze het van de trol overgenomen en hij was er blij mee geweest.
In een vaasje staat heel onopvallend kersenbloesem. Ver buiten het seizoen. Een van de draakjes kwam er mee thuis nadat hij moeder natuur had geholpen.
Niet alle tranen worden gegoten uit verdriet, niet alle uit blijdschap. Niet alle tranen worden liefdevol opgevangen, maar sommigen wel. En enkelen moesten mee naar huis.
Het vloerkleed bleef tot een van de vrolijker verhalen behoren. Een tovenaar had er op gevlogen toen hij tot de ontdekking kwam dat het vliegmechanisme niet langer werkzaam was. Vol gemopper had de wijze zich in de top van een boom weten te manoeuvreren en moest daar helaas erkennen dat hij niet verder kon. Het kleed kreeg hij op geen enkele manier weer op gang. Mirthe’s heel gewone bezem en een lichte toverspreuk bleken voldoende te zijn om de tovenaar uit zijn lastige positie te halen. In plaats van een bezem, bevat Mirthe’s huis nu een kleed. Wat niet vliegen kan. En, de belofte dat de draakjes ooit een nieuwe bezem gaan maken. Maar ooit duurt nog wel een tijdje 🙂 .
Een prachtig verhaal Hanneke, ik ga spontaan in je draakjes geloven!
Wat een kunstig gemaakt huisje van Mirthe. Ik heb genoten van alle schatten die uitgestald in het huisje zijn.
Ik wens je een heerlijk weekend, grtjs uit saai en grijs Enkhuizen!
Heerlijk om te horen, Marjolein. Och, ik zou het ook niks erg vinden als dit soort draakjes rond het huis zouden voorkomen 🙂 .
Het is gewoon leuk om er zo over te dromen tijdens het maken.
fijne week en groetjes uit Paraparaumu waar een regenbui nu wel welkom is, Hanneke
Hoe doe je dat? Het is echt super mooi.
Hoi Laurine, leuk dat je reageert. Sorry, ik heb geen foto’s van het proces, maar zal het proberen te beschrijven. Een poppenhuis als dit gebeurd in een heleboel kleine stappen.
Allereerst een gedachte, een basisidee, waar nog heel wat keren van is afgeweken 🙂 .Bepaal dan welke schaal je wil toepassen, de hoogte van de popjes t.o.v. de hoogte van een kamer. Voor dit huis zijn de kamers vanaf 8,5 cm hoog (waar de kachel staat) en de popjes zijn zo’n 5,5 cm hoog.
Eerst zocht ik een aantal stukken droog drijfhout bij elkaar die de basis vormen op een plankje en zocht een manier van neerzetten zodat ze ook zonder lijm al een heel klein beetje stabiel voelden. (Eventueel iets plat schuren of er een stukje af zagen). Vervolgens stuk voor stuk lijmen met houtlijm en stutten met bekers/ blikken/ van alles eigenlijk en minstens een dag laten drogen. Totdat er voldoende stukken hout op het plankje stonden om de vloer van het huis op te lijmen (en stutten en weer goed laten drogen).
Die vloer is van dunne reststukjes mdf en zijn stuk voor stuk op maat gemaakt om ergens op de basis te ‘passen’ (nog een stukje zagen, nog een klein stukje schuren, enz… ). Eventueel er daarna nog een stuk drijfhout voor de basis bij, want die basis wilde ik zo stevig mogelijk hebben. Helemaal stevig is lastig, maar dat komt ook als het hele huis in elkaar zit, wanneer alle onderdelen elkaar ook extra stevigheid geven.
De muren zijn van heel dun balsahout wat ook voor modelbouw wordt gebruikt. Dat kun je zelfs knippen met een schaar, al heb ik vn een stanlymesje naast een metalen lineaal gebruikt. Zorg wel dat je er een stukje afbreekt wanneer het niet meer helemaal scherp is, want anders gaat het balsahout ‘rafelen’. Die muren zijn een voor een gemaakt zoals ze pasten en me goed leken op die plaats (met openingen voor de ramen, daar kwamen later wel passende balsahouten kozijntjes tegenaan geplakt), vervolgens gelijmd en weer goed laten drogen en een nieuw stuk muur bedenken.
Dunne drijfhout takjes met een tang geknipt en met een schuurpapiertje iets bijgeschuurd doen dienst als buitenversiering tegen de muren en om het echt te laten lijken. Maar eigenlijk zijn het die stukjes die het kwetsbare balsahout juist wat stevigheid geven denk ik.
Het dak bestaat uit wigwam-achtige dunne aan elkaar-gelijmde takjes met de nodige extra takjes om een ruwe basisvorm van een sprookjesdak te vormen. Een paar balsahouten stukjes muur met een raampje zitten er gewoon tussen geplakt.
Met een stevige tang heb ik de schubben uit een hoop grote denne-appels geknipt en die van onder naar boven als een soort dakpannen over dat frame van takjes geplakt. Steeds een aantal naast elkaar en dan weer een tijdje goed laten drogen.
Dingen als trapjes en laddertjes maken het af. Schilderen en lakken als laatste (het lakken zorgt ook dat de lijmresten die nog zichtbaar waren niet meer opvallen).
En dan kun je gaan inrichten. Je kunt rustig dingen weglaten die je niet interessant vindt of niet leuk vindt om te maken. Dit huis heeft bv geen badkamer. Niets hoeft. Als het niet lukt, laat je het weg of verzin je wat anders. Het is natuurlijk een fantasie huis, dus niets hoeft keurig recht te zijn. Een ‘foutje’ kun je vaak aanpassen zodat het er juist bij hoort, maar soms ook gewoon weer weghalen.
Verder is het ook een kwestie van proberen, oefenen, rond kijken voor inspiratie en het gewoon heel leuk vinden om te doen.
Kun je hier iets mee? Meer vragen zijn altijd welkom.
groetjes, Hanneke
Ik had dit nog niet ge-zien/lezen.
Wat knap zeg! Je maakt eigenhandig 3D-huisjes waar je elfjes (naast de draakjes) ook niet in zouden misstaan. Wat een mooie fantasie heb je 🙂
Dank je wel Mieke. Klopt, veel van deze dingen horen bij eenzelfde sprookjeswereld waar ik (nog steeds) gek op ben 🙂 .groetjes, Hanneke